Na de plotselinge dood van zijn vrouw Anna, staat Eduard Zuiderwijk alleen voor de opvoeding van zijn 10-jarige zoon Thomas. Thomas is beste vrienden met Abu. Tijdens een overval op het dorp wordt Abu samen met andere kinderen door rebellen ontvoerd. Eduard besluit een poging te wagen om uit te zoeken wat er met Abu en de kinderen is gebeurd. In de tussentijd wordt Abu met harde hand opgeleid tot kindsoldaat in het rebellenkamp.