De drie kinderen van een rijke zakenman doen niets met hun leven, behalve het geld van hun vader uitgeven. Het zijn luie, verwende feestvierders. Moe van hun gedrag, besluit vader hen een goede les te leren door hen te laten geloven dat het geld op is. Voor het eerst in hun leven moeten de drie kinderen het voor hen ondenkbare doen: werken.